We zien stemmen als een weloverwogen proces. Een keuze die onze waarde en inschattingen vertegenwoordigd en niet door irrelevante zaken wordt beïnvloed. In Nederland is het daarom ook vastgesteld in de wet dat onze stem niet beïnvloed mag worden door wat voor reden dan ook. Toch worden we (ook in Nederland) in de praktijk weldegelijk beinvloed.
Ik lees het boek Ons Feilbare Denken waarin Daniel Kahneman schrijft over hoe ‘priming’ ook invloed kan zijn op democratische processen. Primingis is in het kort te omschrijven als het onbewust reageren op bepaalde styimulus. Kahneman refereert naar een onderzoek waaruit blijkt dat bij een referendum waarin moest worden gestemd voor een wetsvoorstel om scholen extra geld te geven, mensen eerder geneigd waren om een initiatief voor schoolfinanciering te steunen waanneer de stemlocatie zich in een school bevondt. Dit wordt de “The Polling Place Priming (PPP) Effect” genoemd. Een ander onderzoek stelt dat PPP ook van toepasing is, en stemmer beinvloed wanneer men stemt in een kerk.
Door het lezen van deze passage was ik getriggerd uit te zoeken of dit principe van priming ook van invloed kan zijn op Nederlandse verkiezingen. Heeft stemmen in de kerk invloed op het stemgedrag? Helaas kon ik geen data vinden per stemlocatie van de 2e kamerverkiezingen, maar vond ik wel data van de gemeenteraad verkiezingen van Amsterdam (2018). Hieruit blijkt dat er weldegelijk een verband bestaat tussen de resultaten van de verschillende types stemlocaties en de partijen waarop gestemd is.
Bovenstaande visualistie laat zien dat het CDA, in vergelijking tot alle andere partijen, de meeste stemmen binnenhaalt wanneer een kerk de stemloctie is. 9% van alle stemmen komt via een kerk als stemlocatie. Bij Denk is dit slechts 1%.
Ook als we kijken naar de totale resultaten van behaalde stemmen kijken, zien we dat het CDA voordeel behaald uit het stemmen in de kerk. Als in Amsterdam alle verkiezinglocaties een kerk waren geweest had het CDA maar liefs 5,7% van alle stemmen gehaald in tegenstelling tot de 3,7% die ze behaalden. Een verschil van 54%!
Natuurlijk kunnen er ook andere redenen te bedenken zijn voor deze verschillen, en gelukkig is in Nederland de keuze voor de stemlocatie vrij. Maar dat er verschillen zijn komt in deze visualisaties wel duidelijk naar boven. En dat priming van invloed is op stemgedrag, lijkt ook bewezen. Een tip voor de CDA lobby lijkt me om meer kerken als stemlocatie op te nemen bij aanstaande verkiezingen en een tip voor de DENK lobby, het tegenovergestelde.